Hoeveel engelen waren er?

Vermeende contradictie tussen de evangeliën.

Mattheüs 28:2
En zie, er vond een grote aardbeving plaats, want een engel van de Heere, die uit de hemel neerdaalde, ging erheen, rolde de steen van de opening weg en ging erop zitten.

Markus 16:5
En toen zij het graf ingegaan waren, zagen zij aan de rechterzijde een jongeman zitten, gekleed in een wit, lang gewaad, en zij waren ontdaan.

Lukas 24:4
En het gebeurde toen ze daarover in twijfel waren, zie, twee mannen stonden bij hen in blinkende gewaden.

Johannes 20:12
en zij zag twee engelen in witte kleding zitten, een aan het hoofdeinde en een aan het voeteneinde van de plaats waar het lichaam van Jezus gelegen had;

Probleem: De evangeliën verschillen onderling in hoeveel engelen er waren en waar deze zat(en).

Antwoord: Dit is een kwestie van onvolledige rapportage, maar geen onjuiste rapportage. Mattheüs vermeldt als enige de engel die buiten het graf op de steen zat, en laat de gebeurtenissen in het graf onbesproken.

In zijn bespreking van wat er in het graf gebeurde, vermeldt Markus slechts één van de twee engelen, namelijk degene die het woord voerde. Dat is geen enkel probleem; het is niet onjuist om niet uitputtend alle details te bespreken. (Even een zijstraatje in: spreekt Markus de andere evangeliën niet tegen door het over een ‘jongeman’ te hebben? Nee. Het woord ‘jongeman’ wordt wel vaker gebruikt om een engel mee aan te duiden. Dat het hier om een engel gaat is ook duidelijk vanwege het witte gewaad.)

Wat dan nog rest is de vraag of de engelen zaten (naar Johannes) of stonden (naar Lukas). Dat kan natuurlijk allebei waar zijn. Als er iemand binnenkomt die ik iets belangrijks te vertellen heb, is het goed mogelijk dat ik opsta. Dit is dus geen contradictie.

  Terug naar het overzicht: Fouten en contradicties in de Bijbel.

Share